Vier mogelijk mesolithische kuilen van Ede-Kernhem Vlek B onderzocht op botanische macroresten en houtskool
Rapportnummer 671
| Publicatiedatum 01 januari 2013
Auteur Kooistra, L.I.
Download rapport
In de aanloop naar woningbouw is in het plangebied Ede-Kernhem Vlek B archeologisch vooronderzoek uitgevoerd gevolgd door opgravingen. Tijdens vooronderzoek in 2007, dat is uitgevoerd de ACVU-HBS (nu VU-hbs geheten), bleek dat in het plangebied een mesolithische vindplaats aanwezig was. Om die reden en de aanwezigheid van veel houtskool is een kuil, waarvan een omvang van 0,5 bij 1 meter bij een diepte van circa 0,4 meter bewaard gebleven was, uitvoerig bemonsterd. In 2009 is door ADC-ArcheoProjecten een areaal van circa 3500 tot 4000 m2 opgegraven. Daarbij zijn tussen vele tientallen boomvallen drie archeologische sporen onderscheiden. Het lijkt wederom om kuilen te gaan waarvan alleen de onderkanten bewaard zijn gebleven. Deze kuilen hadden een lichtgrijze vulling waarin weinig houtskool is waargenomen. Uit de vulling van alle drie de kuilen zijn grondmonsters genomen.
De grondmonsters van de veldwerkcampagnes van de VU-hbs en ADC-ArcheoProjecten zijn voor onderzoek aan botanische macroresten en houtskool aan BIAX Consult aangeboden. Doel van het macrorestenonderzoek was het vaststellen van de waarde van de monsters voor macrorestenanalyse. Doel van het houtskoolonderzoek was het vaststellen van het spectrum aan houtsoorten in de vier kuilen.